Nee, dit is geen verdwaalde wiskunde-column uit die andere zaterdagse bijlage. Dit gaat over productinformatie. Maar wees gerust, uiteindelijk kunnen er weer gewoon vijf bieren worden opengemaakt.
Er komen steeds meer getallen op een flesje of blikje bier te staan die informatie geven over de inhoud ervan. De inhoudsmaat en het alcoholpercentage spreken voor zich. Maar neem nou de IBU: de International Bitterness Unit. Het is een maat voor de hoeveelheid bitterstoffen in het bier, afkomstig van de hop. Een waarde van 10 is weinig, 100 is erg veel. Het Hollandse pilsje heeft een IBU van 20 à 25. Soms kom je EBU tegen (de Europese variant): een vrijwel identieke schaal.
Dan zijn er de graden Plato: dit geeft aan hoeveel vaste stoffen, voornamelijk moutsuikers, er in het bier-in-wording zaten voordat de vergisting begon. Het zegt wat over de hoeveelheid mout (graan) die aan het bier te pas is gekomen. Een waarde van 10 °P geeft een licht bier, 25 °P een zwaar bier. Pils zit op zo’n 12 °P.
En tot slot de EBC-waarde. Die wordt gebruikt om de kleur van het bier aan te duiden: van geel (10) tot zwart (120 en hoger). Dat viel toch best mee?
Meer op de site van de Volkskrant.