“We’re so fortunate!” De barvrouw achter de bar bij Tree House kan haar geluk niet op. De dichtheid aan topbrouwerijen in New England (de zes staten in het uiterste noordoosten van de VS) is namelijk nogal groot. De mondiale bierrenaissance mag dan aan de westkust zijn begonnen, en staten als Californië en Oregon gelden weliswaar als het Amerikaanse craft beer walhalla: wat dichter bij huis en op behapbare onderlinge afstanden is een fantastische biervakantie te houden. Zeker als je dat doet in de tijd dat de herfstgloed de bossen van New England kleurt: een beercation in full colour!
Toen we afgelopen oktober op bezoek waren bij onze aldaar studerende dochter, namen we de gelegenheid te baat om een aantal van die brouwerijen van dichtbij te gaan bekijken. Ooit, toen we in New Hampshire woonden, waren we al eens bij RedHook (Portsmouth, NH) en Anheuser-Busch (Merrimack, NH) geweest. Sindsdien is er natuurlijk enorm veel gebeurd. Derhalve: een rondje door het bijzonder rijke en gevarieerde bierlandschap in New England.
Tree House, Charlton MA
Die bar bij Tree House, da’s nog een aparte. Je kunt er alleen bier in een plastic beker krijgen na inlevering van een bonnetje. Maximaal één per persoon. Het bier is overigens alleen bij de brouwerij te koop, en er kunnen aardige rijen staan. Maar op het moment dat wij er waren, donderdagavond rond half zeven, viel het wel mee. Praatje maken in de rij en voor je weet kun je een keuze maken.
Bij Tree House kun je gerust om een IPA komen. In de Ratebeer Top 50 van IPA’s staan vier bieren van Tree House (en zeven van Trillium, maar daarover later meer). In juli 2017 is de nieuwe brouwerij aan de Sturbridge Road (de 20) geopend. Je ziet het vanaf de weg liggen, rij er niet te snel voorbij, keren kan lastig zijn.
Er waren vier verschillende kakelverse IPA’s te koop, in gekoelde blikken van 1 pint (bijna een halve liter) voor zo’n 4 à 5 dollar per stuk. Maximaal 24 blikken tegelijk. En dat bonnetje dus. Die ruilde ik in voor een beker Sap. Beter kan die naam niet zijn: bijzonder sappig bier, met de kenmerkende zachtheid van New England IPA’s.
Binnen kun je nog een blik werpen op de brouwerij, of merchandise kopen. Buiten is er veel ruimte om van het bier te genieten, aan een picknicktafel onder de overkapping of vanuit een luie Adirondack stoel in het avondzonnetje. Het uitzicht op de bossen van Massachusetts is gratis.
Volgens dit artikel is het terrein foodtruck-frequented, maar wij troffen er geen eten aan. Even verderop ligt echter de go-to place voor je briskets en racks: B.T.’s Smokehouse. BYOB, dus je ziet er meer mensen die een Tree House blik opentrekken naast een royale portie barbecuevlees. Nog een toeristische tip: Old Sturbridge Village. Voor het nostalgische New England gevoel.
“Live Well” staat er op de toegangspoort van Tree House, als je weer weg rijdt. We doen ons best.
Anheuser-Busch, Merrimack NH
Als je hotel zo ongeveer tegenover een Budweiser-fabriek staat, dan kun je er net zo goed even een kijkje nemen. Die in Merrimack is een van twaalf Budweiser-fabrieken in het land, en wel de kleinste. Tours zijn er in drie verschillende maten, waarvoor je afhankelijk van je keuze $0, $10 of $35 voor betaalt.
De obsessie van Amerikanen met jaartallen en cijfers laat zich ook hier gelden – ze vliegen je tijdens de toer zwaar om de oren. Inhoudelijke vragen stuiten helaas grotendeels op de beperkte kennis van de gids van dienst. Dat is pech, maar je krijgt best veel te zien: wagons met mout, brouwketels (die ook prima fungeren als achtergrond voor de souvenirfoto), de wand met schermen waarmee de process operators de zaak monitoren, de enorme lagertanks (“each one contains 66.000 sixpacks”) en de bottellijn. Die overigens niet 24/7 in bedrijf blijkt te zijn; maandag is onderhoudsdag. Dan kunnen we nog twee samples proeven, en worden we weer naar de souvenirshop teruggeleid.
Vergeet niet even door te rijden of lopen naar de stallen met indrukwekkend grote Clydesdale paarden. Ze zijn vaak op toernee door het land, maar er is altijd wel wat te zien – neem alleen al de glimmend gepoetste historische Anheuser-Busch bierwagens. Wat we verder aantroffen was een luidruchtige Biergarten met een keur aan ABI bieren waaronder Spaten, Shock Top, Bass en Blue Point. Restauranttip: The Homestead, ook aan de Daniel Webster Highway (de 3).
Smuttynose, Hampton NH
Ah, een oude bekende. In de tijd dat we in de VS woonden, bijna in de vorige eeuw, dronken we onder andere Red Hook, Harpoon, Sam Adams, Magic Hat, Long Trail, en… Smuttynose. Al sinds 1994 aan het brouwen. Het zou zomaar kunnen dat de eerste IPA die ik ooit dronk, er een van Smuttynose was. En dus gaan we ook even kijken bij deze brouwerij. Niet in de laatste plaats om een potje disc golf te spelen. Golf met een frisbee. In een bos. Dat klinkt leuk, en dat is het ook.
Op de locatie waar sinds 2014 de nieuwe brouwerij staat werd al sinds de 17e eeuw geboerd. Tussen een oude schuur en het Hayseed restaurant in staat de brouwerij annex shop. Dat restaurant is overigens gevestigd in een 19e eeuwse boerenwoning, die bij de ontwikkeling van dit terrein enkele tientallen meters werd verplaatst om ruimte te maken.
Disc golf valt overigens bepaald niet mee. Zeker als er bomen in de weg staan. Hole 6 is interessant te noemen: wij staan bovenop een heuveltje en de korf waar we in moeten mikken ligt ergens in de diepte. Naast een bijennest. Frisbeeën kan nog best spannend zijn.
NB: Afgelopen januari hoorde ik van financiële problemen bij Smuttynose. Lees hier meer.
Prohibition Pig, Waterbury VT
Waterbury, Vermont is niet veel meer dan een gat. Maar wel een beroemd gat. Want Ben & Jerry’s komt er vandaan. En ook vind je hier op kruipafstand drie toplocaties als het om bier gaat: Prohibition Pig, Blackback en The Reservoir. Allemaal met een puike taplijst. Eigenlijk vier zelfs. Want naast het restaurant van Prohibition Pig (Pro Pig) bevindt zich de brouwerij annex taproom.
De barman aldaar heeft ook geen verklaring voor deze opmerkelijke bierdichtheid (er is ook nog een bierwinkel – Craft Beer Cellar – met een meer dan interessant aanbod). Maar dat het op elk van de locaties zelfs op een doordeweekse dinsdag een drukte van belang is, is een feit. Het rustigst zit je nog in de brouwerij van Pro Pig. Natuurlijk zijn daar de eigen bieren, alleen lokaal verkrijgbaar van tap of in growler danwel crowler (“can growler”), maar je vindt er ook een mooie selectie uit de omgeving.
Er is pub grub verkrijgbaar, maar voor de serieuzere burgers, salads en “craft” mac&cheese (o.a. met truffel!) gaan we naar het restaurant. Gevestigd op de plek waar The Alchemist begonnen is, maar na een overstroming in 2011 vandaan verhuisde naar het even verderop gelegen Stowe. De keuze uit de bierlijst is nog moeilijker te maken dan die uit het food menu, maar dat mag geen verrassing zijn.
Uit deze contreien komt ook het bier van Lawson’s Finest Liquids. De brouwerij is niet te bezoeken, maar het bier is er niet minder populair om. Met name de Sip of Sunshine IPA scoort goed. Op de website staat welke winkel wanneer bevoorraad wordt. Wij vonden er bijvoorbeeld op een dinsdag dozen vol van in Mehuron’s Supermarket in Waitsfield.
Mad River, Warren VT
Even een uitstapje. Mad River Distillers in Warren (zo’n 20 minuten rijden van Waterbury) maakt gedestilleerde drank: rum, whiskey en brandy. Wat ooit hoopgevend begon als bier (maischen is ook de eerste stap bij het maken van whiskey, en natuurlijk wordt er ook vergist) nam op een gegeven moment een afslag richting sterke drank. De PX rum en 100% rye whiskey behoorden tot onze favorieten.
De rondleiding kun je van te voren boeken, maar ik vermoed dat Zack, de reus van een bedrijfsleider, maar wat blij is als er zomaar een bezoeker aanwaait op die verlaten plek in de bossen, waar ie goede gesprekken heeft met zijn ‘mad scientist’ distilleerkolommen en eikenhouten vaten.
Hill Farmstead, Greensboro VT
Vertrouwen in het navigatiesysteem is goed, een routebeschrijving is beter. Want de Hill Road in Greensboro (VT) is onbekend op de ingebouwde sat nav. Uiteindelijk loont stug doorrijden op de dirt road: de Hill Farmstead brouwerij verschijnt aan de linkerkant van de weg. In deze middle of nowhere verwachten we lange rijen, spontane bottleshares en instant nieuwe biervrienden. Maar niets van dat al. Er staat helemaal geen rij op deze woensdagmiddag rond half drie. We kunnen zo de retail schuur binnenlopen en kopen wat we willen.
Hill Farmstead, de boerderij van Shaun Hill, is zo’n brouwerij met kenmerken waarvan je er wel meer ziet in New England. Afgelegen ligging, beperkte distributie (soms zelfs geen) maar toch immens populair. Mensen zitten er uren voor in de auto en staan er net zo lang voor in de rij (soms dan). Het geheim: onvoorstelbaar goed bier. En een beetje exclusiviteit creëren helpt ook wel.
Hill Farmstead maakt sprankelende saisons, tintelende sours, ruige IPAs en barrel aged imperial stouts met maple syrup (siroop van het sap van de esdoorn), om maar wat voorbeelden te noemen. Onder de naam Grassroots worden collaborations gebotteld, en de meer ‘free-style’ brouwsels van Hill Farmstead brouwer Vasilios Gletsos komen als Wunderkammer beschikbaar. Hill Farmstead is eigenzinnig, perfectionistisch, compromisloos en intens.
De schuur waar de brouwerij begon fungeert nu als verkoopruimte voor het bier in blikken en flessen, en de t-shirts. In de nieuwe taproom kun je je growler laten vullen, samples proeven of een glas bier drinken. Aan de ene kant heb je uitzicht op de brouwerij en aan de andere kant op de rollende heuvels van Vermont. Tafels en stoelen staan zowel binnen als buiten. Eten is er niet, of je moet het al net treffen dat er een foodtruck staat. Wij laafden ons bijvoorbeeld aan de taco’s van Caja Madera.
Hill Farmstead is een bedevaartsoord voor bierliefhebbers. Er zijn zo van die bijzondere bierplaatsen. Bijna heilige plaatsen. Cantillon. Westvleteren. Anchor Brewing. Pilsner Urquell. Rodenbach. En Hill Farmstead dus. Verwacht niet dat de fanfare uitrukt als je arriveert. Maar het feit dat je een plek bezoekt die zo belangrijk is geweest, of nog is, voor het bier zoals we daar nu van genieten, waar is gebuffeld en gepionierd om bier te maken dat de moeite van het maken waard is, bier waar overtuiging, liefde en zelfs een soort gevoel van noodzaak in zit, dat geeft een bijzonder soort gevoel van voldoening dat niet te koop is.
En dan nog een tip. The Willey’s Store in Greensboro (sowieso een leuk fenomeen in New England, die general stores) heeft de flessen Hill Farmstead en Grassroots gewoon tussen de andere boodschappen op de planken staan. Zonder kouwe drukte.
The Alchemist, Stowe VT
The Alchemist is de brouwerij die met de Heady Topper de zachte, nevelige en superfruitige IPA op de wereld gezet die bekend is geworden als New England IPA. Ook hier treffen we een nagelnieuwe faciliteit aan. Voorzien van een mega-parkeerplaats buiten en een kraakhelder interieur binnen. Links kun je gratis proevertjes krijgen (in een bijzonder glas) en complementary stickers scoren. Rechts kun je bier kopen en je merchandise afrekenen. Denk hierbij niet alleen aan t-shirts en glazen, maar ook aan hondenriemen, pepersaus en Heady Topper zeep. Jawel.
Daartussenin heb je uitzicht op de brouwerij en de canning line. De blikken worden op twee meter voor je neus afgevuld. Statafels en informatieborden (“sweet sweet hops”) maken de Alchemist-ervaring compleet. Al denk ik bij dat woord toch meer aan borrelende flessen, gemurmelde toverspreuken en min of meer onverwachte explosies. Niets van dat al aan de Cottage Club Road langs de 108: het is een cleane, bijna steriele omgeving. That’s it: full pours (hele glazen) kun je er niet krijgen, er zijn geen comfortabele hang- of zitgedeelten, en eten zul je er ook niet aantreffen.
In het kielzog van deze topper vind je in Stowe vele andere plekken waar je van Vermonts of ander bier kunt genieten. Om er een paar te noemen: Black Cap (koffie, huishoudelijke hebbedingetjes en bier om mee te nemen), Tap 25 (25 kranen en pub grub), Stowe Public House (een bescheiden bar maar een niet zo bescheiden winkel), Idletyme (brouwerij en restaurant, zeer geschikt als pleisterplaats op je fiets- of wandeltocht op het Stowe Recreation Path). En niet te vergeten Von Trapp Brewing (ja, die van The Sound of Music) waar een serie strakke lagers wordt gebrouwen die prima bij je cheeseburger mit sauerkraut gaan. The hills are alive!
Foam Brewers, Burlington VT
Kan een brouwerij die nog maar anderhalf jaar bezig is, iets toevoegen aan Vermont, New Englands nummer 1 bierstaat? Ja, dat kan. Net niet pal aan de oevers van het reusachtige Lake Champlain zit je in een 19e eeuws gebouw, picobello ingericht, midden in de compacte brouwerij aan een assortiment zeer goede bieren (de Nico!) en al even smakelijke lokale kaas en worst.
Ross uit Ohio heeft er 11 uur rijden voor over gehad. Nouja, hij is eigenlijk een week lang op biertoer door Vermont. Foam Brewers is zijn laatste stop voordat ie weer naar huis gaat. Samen met Hill Farmstead en Lost Nation (Morrisville) zijn dit z’n favorieten. Ross is ook wel geïnteresseerd in wat blikken Tree House, en dus verkoop ik hem mijn surplus aan Doppelganger en Haze. Dat maakt weer wat ruimte in de koffer voor ander bier, en Ross keert nog blijer huiswaarts.
Als het meezit worden er bij Foam blikken verkocht, anders moet je het doen met een growler als je bier wilt meenemen. Leuk: er staat een foeder, een groot eikenhouten vat, in de brouwerij. Niet van Rodenbach-achtige omvang, maar toch. En nog wel Made in the USA: er blijkt een gespecialiseerd bedrijf te zijn dat voor brouwend Amerika deze vaten maakt. Ook voor al uw koelschip-benodigdheden. Foam gebruikt de foeders o.a. voor de wild ales.
Opvallend: de VS kent voor zover ik weet geen huurbrouwers (er schiet me alleen het New Yorkse Evil Twin te binnen, van de Deen Jeppe Jarnit-Bjergsø, en zelfs die schijnt bezig te zijn met een eigen fysieke brouwerij). Elke brouwerij die ik hier in New England bezocht, hoe klein ook, heeft eigen ketels en verkoopt wat er gemaakt wordt “aan huis” of in de directe omgeving. En dat is het dan. In dit artikel op www.sevendaysvt.com worden dat “über-local” brouwerijen genoemd. En daarmee wordt dan niet de alternatieve taxidienst bedoeld, maar het feit dat in de VS nieuwe brouwerijen zich in de eerste plaats op hun eigen, lokale omgeving richten.
In Burlington bezochten we ook Queen City (klassiek bierrepertoire; de brouwerij met Nederlandse inbreng is vernoemd naar de bijnaam van Burlington, zijnde de grootste maar niet hoofdstad van Vermont; er zijn overigens nog enkele Bernie Sanders Action Figures te koop), Zero Gravity (tegenover Queen City; stuk hippere clientele; flink gevulde flights), Burlington Beer Company (van buiten vraag je je af waar je in vredesnaam terecht bent gekomen, binnen is het een drukte van belang met harde muziek en funky bieren als Brown Ale With Toasted Wild Rice en Bourbon Barrel Aged Imperial Raspberry Almond Stout; er is fijn eten en er zijn blikken bier te koop) en iets verderop in Morrisville waren we bij Lost Nation (gelegen aan de rand van een bos en langs een fietspad, al klinkt dat idyllischer dan het is op dit industrieterrein; geen flights en zo zijn er nog meer regeltjes; klein en druk en voor mij minder indrukwekkende bieren).
Four Quarters, Winooski VT
Tegen Burlington aangeplakt ligt Winooski, de plaats waar je in een “hole in the wall” de brouwerij Four Quarters vindt. Vernoemd naar de vier kwartieren van de maan. Sours, saisons en stouts, vaak met niet alledaagse ingrediënten zoals kokosnoot en ananas, vormen hier de basis van het repertoire. Hoe onooglijk deze plek ook is, mensen weten het toch te vinden. Er is kennelijk een grote behoefte aan dit soort biergrotten. Wat dronken de mensen hier in de buurt dan voorheen? (Four Quarters is er sinds maart 2014). “Ehm, Switchback, I guess” luidt het antwoord. “And there was Magic Hat”.
Vermont heeft de afgelopen decennia voorop gelopen als het om craft beer gaat. In Burlington kwamen we bijvoorbeeld de Vermont Pub & Brewery tegen, al sinds 1988. Voornoemde Switchback brouwt sinds 2002, Magic Hat sinds 1994 en ook Long Trail is een bekende naam uit Vermont, al sinds 1989. De Vermonters zijn dus al wat langer verwend. Maar de enorme behoefte aan goed bier die er lijkt te zijn, is opvallend. Ook de Von Trapp brouwerij waar we later die dag waren, zit stampvol. Er zijn dan wel mensen die argeloos om een IPA vragen, maar de barman legt dan uit dat er alleen lagers zijn, en raadt de “hoppy Märzen” aan, want “it comes closest to an IPA”. Ook goed, iedereen blij. Men wil gewoon lekker bier – de lagers bij Von Trapp zijn voortreffelijk – en de dorst lijkt onverzadigbaar.
Terug naar Four Quarters. Dankzij de nieuwe brouwinstallatie kent de productie even een lichte stagnatie; de bieren van tap raken snel op en er is ook niets op fles te koop. De nagelnieuwe foeder (uit Italië) staat er nog maagdelijk bij. Maar wat we dronken (o.a. een dryhopped pale ale met limoen en gember, de gin BA versie daarvan, een imperial milk stout met marshmallow, chocola en Graham crackers, en een opmerkelijke caramel-appel soda) belooft veel goeds. Zeer smakelijk allemaal. Het zou zomaar kunnen dat bij een volgend bezoek ook Four Quarters zo’n superstrakke nieuwe bieroase in de heuvels van Vermont heeft uitgehakt. Zijn wij er wel mooi bij geweest toen ze nog aan het rommelen waren in een aftandse garage, ergens in het wonderschone Winooski.
Meer bierbezoektips voor Vermont in dit artikel op www.travelikealocalvt.com.
Schilling, Littleton NH
Littleton, New Hampshire is een prima rustpunt in een bierreis door New England. Small Town USA. Lekker overzichtelijk. Een main street met knusse winkels, een postkantoor, een kerk, een bioscoop, en slechts één brouwerij. De Schilling Beer Company. Gehuisvest in een 18e-eeuwse graanmolen aan de Ammonoosuc rivier. Maar ook hier: de zaken gaan goed en dus wordt er naast de huidige brouwerij + taproom een gloednieuw pand opgetrokken.
De bierkaart is niet al te groot, en continentaal-Europees georiënteerd. Hier drink je Tsjechische lagers, Beierse Hefeweizen of Helles en “French inspired” saisons, om maar een greep te doen. Pizza’s (Chicken Maple Bacon!) en broodjes bratwurst en pulled pork leggen de noodzakelijke bodem voor de bieren die goed zijn uitgevoerd. De six-pack of light kan dus thuis blijven. De brouwerij bevindt zich in het dorp, dus je kunt huppelend naar je logeeradres.
Maine Beer Company, Freeport ME
Zelfs de motelbaas in Stowe wist te vertellen dat zijn favoriete bier uit Maine de Dinner was, een imperial IPA van de Maine Beer Company. Verder moest je volgens hem toch vooral in Vermont zijn voor het bier. En in Maine lekker lobster (kreeft) eten, want dat heb je in Vermont dan weer niet.
Hij had gelijk met dat bier. De Dinner is een kneiter. Luscious is een woord dat bij me opkomt. De Lunch (IPA) mag er trouwens ook wezen. En de Mean Old Tom (stout) en de Pilot 16 (pale ale met verse hop), om de flight compleet te maken. Een joekel van een pretzel er bij, en we genieten. Een flesje A Tiny Beautiful Something (APA, alweer uit de RateBeer Top 50) gaat ook nog mee, en dan rijden we weer weg van wederom een gloednieuwe faciliteit, waar aan de achterkant nog druk gebouwd wordt. We parkeren in eerste instantie zelfs midden tussen de bouwvakker-pickups omdat de ingang naar het ‘gewone’ parkeerterrein nog achter linten en andere afzettingen schuil gaat. Zei er iemand dat bier booming is?
Foundation Brewing Company, Portland ME
Of had ik moeten zeggen Austin Street, of Battery Steele? Het zit allemaal in hetzelfde pand. Dat op zijn beurt naast Allagash ligt. Maar die is wegens renovatie tijdelijk gesloten, dus daar kunnen we helaas geen mededelingen over doen in dit verslag. Gelukkig zitten er een paar flessen in de koffer mee naar huis. Geruild tegen wat flessen Cantillon in een biershop. Cantillon is zeer gewild in de VS, dus als ik een liefhebber een plezier kan doen met een fles en daar wat leuks voor terug krijg, is iedereen blij.
De biermenukaart van Foundation laat een mijns inziens geslaagde indeling in categorieën zien: lager, tart (‘zuur’), malty (moutig), hoppy (hoppig). Als je dan toch wilt categoriseren naar smaakgebieden, wat hoe dan ook een versimpeling betekent ten opzichte van het gebruik van bierstijlen, dan zou het op deze manier prima kunnen. Minder subjectief, willekeurig en multi-interpretabel dan de diverse tot nu toe ondernomen pogingen in Nederland.
Austin Street is een kleinere brouwerij, die een soort van uitgeefluik heeft waar we een flight bestellen van de vier bieren die op tap staan. Dit is de rustigste van de brouwerijen.
Met Battery Steele boffen we dat ze überhaupt open zijn. We spreken een stel dat die ochtend om drie uur in Philadelphia in de auto was gestapt, om in Maine en Vermont een korte beercation te houden. Hill Farmstead moet het hoogtepunt worden. Als ik vraag wat er nou zo aantrekkelijk is aan dat bier, word ik met grote ogen aangekeken. “Are you kidding? Have you ever had an Abner? So clean, so pure…”. Het is duidelijk, hier spreekt een fan. (Abner is een imperial IPA, een bier uit de zgn. Ancestral Series waarin de bieren zijn vernoemd naar oud-leden van de Hill familie).
Maar het feit dat Battery Steele open is, maakt ze ook enthousiast. Het gebeurt namelijk niet vaak – de brouwerij is klein en kennelijk is de vraag groot. Er zijn twee IPA’s van tap, de Flume en de Avalon, en beide zijn zeer goed. “We’re on cloud nine”, zegt het stel. Voor wie niet weet waar dat ligt: dat is bij de zevende hemel rechtsaf.
Bij de naam Portland denken de meeste bierliefhebbers automatisch aan Oregon. Maar ook Maine, aan de andere kant van de VS, kent dus een Portland. En daar is zeer veel te beleven op biergebied. Naast voornoemde brouwerijen waren we bijvoorbeeld bij Novare Res (“bier café”, sfeervol en zeer goede bierkaart, dito personeel, en een licht mysterieuze chalice vault), Liquid Riot (brouwerij plus distilleerderij in een duistere semi-steampunk omgeving), The Great Lost Bear (bar sinds 1979, voor het beste bier uit Maine en wijde omgeving, en een goede hap er bij), Oxbow Blending & Bottling (heeft zichzelf goed verstopt, specialist in saisons en farmhouse ales, “loud beer, quiet place” is het motto maar dat laatste is zeker niet geval, de muziek staat snoeihard) en The King’s Head (bar met goede bieren, verder vrij standaard, gelegen aan de haven). Eten doen we bij Eventide: goddelijk seafood.
Urban Farm Fermentory, Portland ME
In dit Center for fermentation innovation wordt maar één vraag gesteld: valt er nog wat te fermenteren? Volgens de encyclopedie is fermenteren het “omzetten van biologische materialen”. Bij drank komt het er vaak op neer dat er suikers worden omgezet in alcohol en koolzuur. Naast bier drink je aan de bar bij UFF mede (van honing), cider (van appels of peren), en de gefermenteerde theedranken kombucha en jun. En uit de vaten met de namen Berry Shrub en Fire in the Hole komt zelfs een drank op basis van azijn gesijpeld. Voor in de salade, of puur te degusteren voor de echte liefhebber.
Van elke van deze dranken zijn verschillende verrassende varianten te krijgen. Zo drinken we een jun met tomaat, een mede met basilicum, en een saison met paardebloem. We hebben dan ook aan een flight niet genoeg en nemen er twee om dit allemaal te ervaren. Niet je gemiddelde brewpub dus, maar zeer de moeite waard om te zien wat fermentatie vermag.
Bissell Brothers, Portland ME
We zouden er eerst niet heen gaan. Zoveel al gezien, de koffer al bijna aan het maximum gewicht. Ook de extra koffer trouwens. En ook nog Boston te gaan. Maar ach, het lag op de route en dus stopten we toch even op dit oude industriële gebied, dat weer aan alle kanten nieuw leven wordt ingeblazen. Niet in de laatste plaats dankzij de nieuwe locatie (sinds 2016) voor deze hip & happening brouwerij. De rij is lang, mensen gaan er met dozen vol blikken bier de deur uit.
Met Randy uit Boston maak ik een deal: ik kan wat van de aangeschafte The Substance Ale (signature IPA, maximaal twee fourpacks per persoon) met hem ruilen voor Nothing Gold (double IPA), en zo kan ik verschillende bieren in schappelijke aantallen meenemen. We drinken samen nog een glas in deze ruime taproom (geen eten), waaronder een heerlijke blended barrel aged stout. Het blijkt dat Bissell Brothers bier niet alleen in de Portlandse kelen verdwijnt, maar ook als gewild ruilmiddel fungeert voor bieren van de westkust, of zelfs uit Europa. Trade bait heet dat dan.
Trillium, Boston MA
De reis komt ten einde in Boston. En dat betekent een bezoek aan Trillium. Ik keek van te voren op RateBeer welk bier ik graag zou willen meenemen. Maar eigenlijk maakt dat niet uit. Want vrijwel alle bieren scoren bijzonder hoog. Van de 194 opgesomde bieren hebben er dertig een score van 100 (style). Zegt dat wat? Wel wat ja. Als honderden mensen zeggen dat deze bieren goed zijn, dan moet er wel iets van waar zijn. Ook al praten mensen elkaar na, ook al is RateBeer voornamelijk Amerikaans georiënteerd en ook al is er sprake van mode op biergebied. Trillium staat net als Hill Farmstead in RateBeer’s top 10 van beste brouwerijen voor 2016. De Molen ook trouwens.
De brouwerij zit op een onooglijke locatie in Boston, vlakbij de Boston Tea Party attractie. Binnen kun je alleen blikken kopen of growlers vullen. Het is er nu niet druk en men heeft tijd voor twee toeristen uit Nederland. Blikken zijn er per stuk te koop, dus er kan een brede selectie mee de koffer in. Ter plekke drinken kan niet; om de dorst te lessen wijken we uit het naar het ernaast gelegen Row 34, een hip seafood restaurant annex bar met fijne bieren.
Het kan er bij Trillium ook hectischer aan toe gaan, zo leren we als we later diverse mensen spreken in de Trillium Garden. Deze tijdelijke biertuin is gelegen op de kruising tussen High Street en Atlantic Avenue, een kwartier lopen van de brouwerij. Nouja, biertuin. Een hekje dat een stuk stoep afzet, dixies in de hoek, en tappen maar. Het is sinds juni van dit jaar open, en sluit eind oktober in de hoop volgend jaar (2018) in mei weer open te gaan.
We genieten onder andere van de indrukwekkende IPA’s Vicinity en Mettle. De politie houdt een oogje in het zeil, het verkeer raast om je heen, en aan de drukbezette tafels spreken we mensen uit Portland, Cincinnati, Philadelphia en Californië. En van al die plekken komen dezelfde verhalen: dat ook daar het craft beer rijkelijk vloeit. Vaak is men op een korte vakantie. Toch lijkt het er ook op dat veel mensen uit de nabijgelegen kantoren in het Financial District er een kort werkdag van hebben gemaakt, of een extra pauze hebben genomen, om zich aan een pint High Fashion of Blackberry Super Soak te laven. De derde locatie van Trillium, de nieuwe brouwerij, is te vinden in Canton op een half uur rijden ten zuiden van Boston.
Nog even naar Row 34. Uit nieuwgierigheid vraag ik de barman of ie ook wel eens Nederlands craft bier op de tap heeft. “Ehm, I’m sure we had some in the past.” Maar welke dat waren, weet ie niet meer. En dit beeld klopt met de andere keren dat ik op zoek ben geweest, of heb gevraagd naar Nederlands bier. Naast Heineken ben ik alleen La Trappe Oak Aged tegengekomen. Verder helemaal niets. Bier uit België, Duitsland, Engeland, Tsjechië, Denemarken, Italië, Spanje, Japan; het is er allemaal. Behalve Nederlands bier. Soms weet iemand nog wel “The Moelen” of “Joepen” te noemen. Maar verder gaat het niet. Nederlands bier speelt, in dit deel van de VS althans, geen enkele rol.
Conclusies
Zoals wellicht bekend is, figureert de buitenkant van de Bull & Finch Pub in Boston in de tv-serie Cheers. Na ruim twee weken ‘Brew England’ vraag ik me af hoe Norm en Cliff tegenwoordig aan de bar zouden hebben gezeten. Nog steeds aan de Bud Light of zouden ze zonder met hun ogen te knipperen een double IPA of een wild berry sour hebben besteld?
Gelet op de gretigheid waarmee de Amerikanen op alle nieuwe bierlocaties duiken, zou je geneigd zijn naar dat laatste. Tegelijk denk ik dat in het grote land dat de VS is, een groot deel van de bierdrinkers zich niets aantrekt van die moderne malligheid. Rustig blikjes Bud Light blijven poppen, totdat het gedoe weer overwaait. Toch zie ik hier de biervariatie al een flink vaste voet aan de grond hebben, meer dan in Nederland. Ik heb in de VS het sterkst het gevoel dat die biervariatie niet een tijdelijk fenomeen, maar een blijvend iets is. Dat het al behoorlijk normaal aan het worden is. Wéér normaal wordt.
Wat ons verder opviel tijdens deze duizelingwekkende bierreis:
- Expansie, expansie, expansie. New England fonkelt van de nagelnieuwe brouwerijen en taprooms. De sky is voorlopig nog steeds de limit.
- Het populairst zijn sours/wild ales, IPA en saisons/farmhouse ales. Gose is een stijl die je ook vrij vaak ziet. En naar een wulpse stout of een vrome lager hoef je nooit lang te zoeken.
- Het is natuurlijk een kwestie van smaak, maar als je eenmaal die knalverse New England IPA’s hebt gedronken, dan wil je qua IPA eigenlijk niets anders meer. Zo sappig, zacht en vol van smaak…
- Blik is hier niet de toekomst, maar de realiteit; fles is op weg het verleden te worden.
- Bier is overal te vinden. Niet alleen op de soms afgelegen plekken waar brouwerijen zich hebben verschanst, maar ook in bars en supermarkten is de biervariatie meer dan gezond te noemen.
- Weer bevestigd: in de VS kun je heel erg lekker eten. Al moet je er af en toe even naar zoeken. Soms kom je foodpairing suggesties tegen (bijvoorbeeld bij Schilling), maar het personeel kijkt in het algemeen niet gek op bij een vraag voor een passend bier.
Kortom. New England is een van de beste plekken op aarde voor een beercation. Het is een relatief compact gebied, er is heel veel topkwaliteit te vinden, en ook zonder bier is het er zeer prettig op vakantie gaan.
Een verkorte versie van dit artikel verscheen in nummer 38 (voorjaar 2018) van Bier! Magazine.
Voor een overzichtskaartje van de bezochte adressen klik hier.